Gougères, kaassoesjes, zijn een hartig hapje dat Fransen vaak eten bij het apéritief. Ze zijn het lekkerst als ze nog een beetje lauwwarm zijn, met een glas wijn erbij.
Deze luchtige soesjes komen oorspronkelijk uit de Franse Bourgognestreek. Ze worden vaak gemaakt met comté, soms met wat bieslook erdoor. Ik ben gek op dit soort kaas; hij is vol, romig en licht pittig van smaak. De Zwitsere Gruyère lijkt erop.
Lekker luchtig
Dit borrelhapje is lekker luchtig en ligt niet zwaar op de maag. Je hebt de kaassoesjes ook best snel gemaakt. Ik moet alleen nog een beetje werken aan mijn opspuittechniek… maar voor een eerste poging zijn ze best goed gelukt (en de smaak was goed, dat is het belangrijkst).
Dit heb je nodig voor Franse kaassoesjes (4 p)
- 75 gr comté
- 40 gr boter
- 75 gr bloem
- 50 gr crème fraîche
- 125 ml melk
- 2 eieren
- peper en zout
- spuitzak
- bakplaat en bakpapier
Zo maak je de Gougères:
- Verwarm de oven voor op 180 graden
- Snijd 2/3 van de comté in heel kleine blokjes en rasp de rest van de kaas
- Doe de melk en boter in een pan met een mespunt zout en wat verse zwarte peper. Breng het al roerend aan de kook. Als de melk eenmaal pruttelt, haal de pan dan van het vuur en roer de bloem erdoor.
- Zet het pannetje dan nog even op een laag vuurtje en blijf roeren. Als het deeg een mooi geheel is en niet meer plakt, draai je het vuur uit.
- Voeg 2 eieren toe (roer ze 1 voor 1 door het deeg). Roer vervolgens de blokjes comté en de geraspte comté erdoor. Als laatste roer je de crème fraîche door het soezendeeg.
- Leg een vel bakpapier op de bakplaat.
- Doe het deeg in een spuitzak met een bijpassende spuitmond. Spuit vervolgens de soesjes naast elkaar op het vel bakpapier.
- Bak de kaassoezen in circa 17-20 minuten goudbruin in de oven.